Vanden  Berk - Borms

1.1.3.10.2.3.  Peter Jan ( Zjang ) Vanden BERK, Veldwachter, Politiecommisaris, geboren op 31‑03‑1887 te Lommel. Getuigen: Michiel Bergmans en Frans Van Ham, gedoopt op 31‑03‑1887 te Lommel (getuige(n): Joannes Schepens en Maria Lavreysen), overleden op 08‑06‑1959 te Lommel op 72-jarige leeftijd. Gehuwd op 24-jarige leeftijd op 18‑08‑1911 te Lommel. Getuigen: Jacob Dijkmans en Egidius Joosten met Maria Theresia BORMS, 22 jaar oud, Landbouwster, geboren op 17‑06‑1889 te Lommel, overleden op 17‑12‑1962 te Lommel op 73-jarige leeftijd. Dochter van Aldegonda BORMS.

Uit dit huwelijk:

1.1.3.10.2.3.1. Maria Theresia Aldegonda Vanden BERK, Winkelierster, geboren op 12‑08‑1912 te Lommel (getuige(n): Jacobus Vandenberk en Theresia Berkmans), overleden op 11‑08‑1983 te Korbeek-Lo op 70-jarige leeftijd, begraven te Lommel-Centrum: Park 17. Bijnaam: Tresia onder de bomen. Gehuwd op 31-jarige leeftijd op 19‑08‑1943 te Lommel met Josephus Carolus JANSSENS, 37 jaar oud, Staatswerkman, geboren op 15‑04‑1906 te Lommel, overleden op 06‑01‑1983 te Lommel op 76-jarige leeftijd, begraven te Lommel-Centrum: Park 17. Zoon van Hendrik Jan JANSSENS en Joanna JANSSENS.

1.1.3.10.2.3.2. Joannes Lambertus ( Jan ) Vanden BERK, Politie-inspecteur, geboren op 08‑11‑1913 te Lommel, gedoopt op 09‑11‑1913 te Lommel (getuige(n): Joannes Van Opstal en Catharina Schepens), overleden op 04‑01‑1987 te Lommel op 73-jarige leeftijd, begraven op 08‑01‑1987 te Lommel. Gehuwd op 29-jarige leeftijd op 09‑03‑1943 te Lommel met Henricia Francisca ( Henriette ) Van ENGELAND, 27 jaar oud, geboren op 02‑03‑1916 te Luyksgestel (NL), overleden op 18‑11‑2006 te Lommel op 90-jarige leeftijd, dochter van Joannes Henricus ( Hein ) Van ENGELAND, Schoenmaker, en Maria Catharina BRANS.

1.1.3.10.2.3.3. Jozef Petrus Vanden BERK,  geboren op 20‑06‑1920 te Lommel, gedoopt op 21‑06‑1920 te Lommel (getuige(n): Petrus Schepers en Borms Theresia). Broeder Van Don Bosco, Gids in de catacombe San Callisto te Rome. 

1.1.3.10.2.3.4. Franciscus Vanden BERK, geboren op 23‑06‑1922 te Lommel, gedoopt op 23‑06‑1922 te Lommel (getuige(n): Franciscus Cuypers en Maria Vandenberk), overleden op 24‑06‑2002 te Hechtel op 80-jarige leeftijd, begraven op 29‑06‑2002 te Hechtel. Hij werd priester gewijd te Oud-Heverlee op 6 mei 1951. Als Saleziaan-priester was hij 51 jaar in Don Bosco Hechtel actief, 31 jaar als leraar ( 1951-1982) en 36 jaar als propagandist ( 1966-2002 ). 

1.1.3.10.2.3.5. Albertus Vanden BERK, geboren op 20‑09‑1924 te Lommel, gedoopt op 21‑09‑1924 te Lommel (getuige(n): Joannes Vandenberk en Maria Cuypers), overleden op 23‑04‑1974 te Leuven op 49-jarige leeftijd.

Eeuwige geloften te Oud-Heverlee op 06-05-1950. Priester gewijd te Oud-Heverlee op 19-04-1953. Saleziaan van Don Bosco.

1.1.3.10.2.3.6. Maria Theresia Vanden BERK, geboren op 31‑12‑1926 te Lommel, gedoopt op 01‑01‑1927 te Lommel (getuige(n): Petrus Kuijpers en Theresia Lavreijsen). Gehuwd op 22-jarige leeftijd op 20‑08‑1949 te Lommel, gehuwd voor de kerk op 24‑08‑1949 te Lourdes ( Frankrijk ) met Ludovicus Antonius Joannes PENNEMANS, 23 jaar oud, geboren op 27‑03‑1926 te Lommel, gedoopt op 29‑03‑1926 (getuige(n): Joannes Pennemans en Boers Maria), zoon van Ludovicus Petrus Antonius (Louis) PENNEMANS, Schrijnwerker, en Maria Dorothea LOOTS.

1.1.3.10.2.3.7. Theodorus ( Theo ) Vanden BERK, geboren op 22‑04‑1928 te Lommel, gedoopt op 28‑04‑1928 te Lommel (getuige(n): Theodorus Theunis en Catharina Vandenberk), overleden op 18‑01‑2005 te Heusden op 76-jarige leeftijd. Saleziaan van Don Bosco.

1.1.3.10.2.3.8. Aldegonda Theresia ( Zuster Marie‑Relind ) Vanden BERK, geboren op 15‑10‑1929 te Lommel, gedoopt op 16‑10‑1929 te Lommel (getuige(n): Augustus Bleyen en Aldegonda Cuijpers), overleden op 02‑10‑1991 te Heverlee op 61-jarige leeftijd. Zuster Missionaris Onbevlekt Hart van Maria. Religieuze Professie op 16-11-1957. Missionaris in Zaire van 1966 tot 1983. Harchies van 1983 tot 1991.

1.1.3.10.2.3.9. Georges Josephus ( Jos ) Vanden BERK

Uit het boek der Vuurkruisers:

1e en 2e regimenten der Grenadiers. Bij de mobilisatie in augustus 1914 werd er met de gemobiliseerde regimenten een brigade gevormd. De twee regimenten namen deel aan al de uitvallen uit Antwerpen en streden dapper te Hofstade, Elewijt, Molen, Werchter, Opdorp en St. Amands. Aftocht: achterhoede te Schoonaarde en Berlare.

De Slag aan de ijzer was bijzonder zwaar voor de Grenadiers. Van 21 tot 30 oktober 1914 vochten zij, zonder verpozen en in verschrikkelijke omstandigheden, te Tervate, Schoorbakke, Stuivekenskerke, aan de Groot-Beverdijk en te Pervijze. Met de wrakken van de twee regimenten kon niet eens één regiment worden gevormd. Tot februari 1915 hielden de Grenadiers de vijand in bedwang te Diksmuide.

Aangevuld met rekrutten, vrijwilligers en genezen gekwetsten tot vier bataljons, loste het regiment tot juli 1915 de Fransen af in de loopgraven van Steenstrate.

In deze sector was het, dat de Grenadiers op 22 april 1915 de eerste Duitse aanval met stikgas doorstonden en dat zij verscheidene dagen, weerstand biedend aan de woedende aanvallen van de vijand, het offensief van deze volkomen stuitten en hem aldus beletten ons gevechtsfront te schenden.

Hier moet Peter Jan van de gas "gepakt" zijn. Hij schijnt bij de doden gelegen te hebben. Volgens andere bronnen zou Peter Jan typhus gehad hebben en was hij daardoor dodelijk ziek.

Een Lommels soldaat of infirmier ( volgens Rik Vande Berk: meester Van Engeland ) had gezien dat hij nog leefde en heeft ervoor gezorgd dat Peter Jan behandeld werd.

Na april 1915 waren de gasaanvallen minder effectief, omdat men toen van gasmaskers voorzien was. Peter Jan beweerde dat ge u aan de Ijzer veilig voelde als ge uw kop onder een kool kon steken, zo weinig was er om u te verbergen. In het legerhospitaal kreeg hij verzorging van een Italiaanse specialist. Omdat hij 2 kinderen had, heeft hij achter het front als gekwetste in een munitiefabriek in Le Havre of Gainneville gewerkt en moest hij niet meer terug naar de loopgraven.

Peter Jan lapte zelf zijn kapotte broek en kreeg daarvoor een pluim van zijn overste. Die liet zelfs de gelapte broek rond geven aan de anderen als toonbeeld. Peter Jan was in 1919 pas van de troep weergekeerd. Hij was blijkbaar vanuit Gainneville naar Lommel vertrokken. Hij zou daar blijven werken zijn tot zijn ontheffing van dienstplicht. Hij had een grote zware kist op zijn schouders, met o.a. lederen laarsjes voor zijn dochter Theresia, die toen haar 1ste kommunie ging doen en alleen maar houten klompjes had.

Thuis:  brieven via Nederland van Peter Jan aan zijn vrouw. Zij moest die gaan halen in het café van Jef de Zot in de Nieuwstraat ( nu Vreyshorring ). Moeder vertelde dat zij de briefjes aan vader, die zij naar dat café oversmokkelde, meenam gewikkeld rond de kurk van een karaf. Zij was bang dat men haar zou aanhouden. Op een dag deden de Duitsers in de buurt huiszoeking, omdat er aan het spoor koperdraad gestolen was ( zij woonde dicht bij het station ).

Op 11 november 1918. Op het Kerkplein was er groot vuurwerk. Zoon Jan ( 5 jaar ) mocht mee gaan kijken. Een vuurpijl zette in de Kerkstraat een huis met strooien dak in de "fik".

Na de oorlog speelde Peter Jan bugel bij de fanfare.

( Met dank aan Rik Vanden Berk: uit de herinneringen van de familie. )

Uit het boek: Lommelaars tijdens de Grote Wereldbrand van A. Vanden Boer een publicatie van de v.z.w. Museum Kempenland van Lommel.